Thuiskomen | Mensen | Beelden | Contact | Zoom

Theo Pensaert  

in memoriam

Theo
Pensaert

Als er één leven me altijd heeft gefascineerd, dan is het zonder twijfel dat van Theo Pensaert, kunstschilder. Een vijftal jaar geleden vroeg ik zijn vrouw of ik hem eens mocht interviewen. Ze ging dat eens bekijken maar het interview is er nooit gekomen.
In november 2014 is Theo onverwacht gestorven en met hem verdween ook zijn verhaal, dacht ik. Op de Kunstenaarsroute van vorig jaar zette Theo zijn vrouw, Noëlla De Caluwé, het atelier van Theo terug open voor de Zelenaars en ik ben er langs geweest. Ik vroeg of ik haar eens mocht interviewen om zo toch het verhaal van Theo in een Mensen van bij Ons te kunnen vertalen. Noëlla heeft het moeilijk met het afscheid van haar man en ze ging er eens over nadenken. Een week later kreeg ik een telefoontje en kwam het licht op groen: ik was welkom!

Noëlla woont in het Goeiende, een straat waar je niet komt tenzij je er moet zijn. ’t Kaluiterboske en den Hoekse Bos vormen het decor en in de verte hoor je het geraas van onze E17. Noëlla woont verscholen tussen twee huizen.   Aan de tafel in de woonkamer doet ze me haar verhaal of is het het verhaal van Theo? Een groot deel ervan schreven ze wel samen. Hoe dan ook, een paar keer bezorgt ze me kippenvel tijdens haar relaas.
Mijn fascinatie was terecht…
Roots    

Theo is geboren op 3 augustus 1958, begint Noëlla. Zijn thuis was hier in het Goeiende, waar ik nu woon. Zijn vader was Cesar Pensaert en zijn moeder Vera Steeman. Theo heeft ook nog een zus Ann (1964).
Zijn ouders kweekten kippen en konijnen, want Cesar was een zelfstandig poelier. Ook heeft hij nog een tijdje varkens gehouden.
Waar nu het atelier van Theo is, waren vroeger de stallen, vertelt Noëlla.

  Theo werd thuis al snel ingeschakeld om een handje toe te steken: beesten voederen, hokken uitkuisen, helpen bij het slachten of mee gaan leveren. Theo is tot zijn vijftiende naar school geweest. Hij studeerde gemakkelijk maar ging niet echt graag naar school en in 1973 ging hij aan de slag bij de firma Van der Eecken. Al bij al heeft hij een vrij normale jongensjeugd gehad.
Theo als baby met moeder en vader   Theo en zijn zus rijden paardje op hun vaders rug   Theo als knaap van 14
Duiken    

Begin oktober 1975 was hij thuis aan zijn brommer aan het sleutelen toen een vriend van hem kwam vragen of hij zin had om te gaan zwemmen in Dendermonde. Samen reden ze er naar toe en in het zwembad wou Theo duiken van de hoogste plank. Om het moment dat hij naar beneden dook, sprong een andere jongen onder de springplank van de kant het water in. Theo kwam met zijn nek op de heup van de jongen terecht en hij voelde onmiddellijk dat er iets ernstigs gebeurd was.

  Hij zakte naar de bodem en ze hebben hem er moeten uithalen. Theo werd weggevoerd naar het ziekenhuis van Dendermonde en daar luidde het verdict: gebroken nek, een C4-C5 breuk.
Een breuk van de vierde en vijfde nekwervel is echt gevaarlijk omdat op die plaats een groot aantal zenuwen lopen. Door die breuk waren er bij Theo heel wat zenuwen doorgesneden met een bijna totale verlamming als gevolg.
Revalidatie    

In Dendermonde oordeelden ze vrij snel dat ze hem beter doorstuurden naar Gent, wat dan ook gebeurde. Over die periode in Gent, wil ik echt niets vertellen, zegt Noëlla, wat daar gebeurd is, dat kan je aan geen mensen vertellen. Er zijn serieuze fouten gemaakt op menselijk vlak. Soit, zegt ze, na die lijdensweg van twee jaar ziekenhuis, mocht Theo naar huis. Luk De Waele was toen zijn huisarts en die had gehoord dat er in Hoensbroeck in Nederland een nieuw revalidatiecentrum opgestart was, een centrum met een heel aparte aanpak.

 

In de twee jaar ervoor was er op het vlak van revalidatie weinig of niets gebeurd. Hoensbroeck was voor Theo een lichtje in die donkere tunnel en met een klein hartje trok hij er naar toe.
De revalidatie-arts Cees Pons wond er geen doekjes om: die totale verlamming, die gaat nooit meer beteren, maar we gaan proberen er uit te halen, wat we er kunnen uithalen.

En dat hebben ze ook gedaan, zegt Noëlla zoveel jaren later.

Theo in het revalidatiecentrum  

Ze hadden daar een erg gedreven team, mensen die allemaal heel positief ingesteld waren. De sfeer onder de bewoners was erg kameraadschappelijk en Theo heeft er mooie vriendschappen aan overgehouden. Hij heeft er heel veel geleerd. Bij voorbeeld zelfstandig leren zitten, assertiviteitstraining, zelfredzaamheid… Ondanks zijn verlamming maakte hij progressie en dat was echt volgens de filosofie van Hoensbroeck: het beste uit jezelf halen. Ze hadden massa’s geduld, maar je mocht niet trunten, voegt Noëlla er aan toe. En het belangrijkste was dat hij daar leren tekenen en schilderen heeft. Tekenen heeft hij eerst gedaan. Vanuit zijn schouder bestuurde hij het potlood. Toen hij een boekje onder ogen kreeg van een Amerikaanse die met de mond schilderde, is hij dat ook gaan doen en dat lag hem beter. In Hoensbroeck kreeg hij les van Lilian Nijsten, een lerares van de academie van Maastricht.
Dat dat alles niet van een leien dakje liep, dat moet ik je niet vertellen, zegt Noëlla, maar voor Theo is er toen een nieuwe wereld opengegaan. Misschien was dat talent al latent aanwezig, dat weet ik niet, in zijn jeugd had hij alleszins nooit academie of zoiets gevolgd. Maar in dat revalidatiecentrum heeft hij zijn gave ontdekt. Die Lilian heeft hem echt gestimuleerd en hele dagen snuisterde hij in tijdschriften en boeken. Zijn ijzeren wilskracht deed de rest.

Noëlla    

Na twee jaar, in 1980, werd hij ontslagen in Hoensbroeck en kwam hij naar huis. Zijn ouders en ook zijn zus hebben hem toen goed opgevangen. Theo sprak over die periode altijd met veel dankbaarheid en achteraf betreurde hij dat hij dat misschien te weinig uitgesproken heeft, zegt Noëlla.
In dat jaar ben ik hier gekomen als familiaal helpster van Familiehulp. Ik had altijd graag geschiedenis gestudeerd, gaat ze verder, maar ik mocht zelf geen keuze maken. Ik had wel jaren academie gevolgd, was erg in kunst geïnteresseerd en had thuis veel kunstboeken. En door onze interesse voor de kunst vonden we elkaar. Ik kon ook een beetje schaken en dat was iets dat ons verbond.

 

Het klikte tussen Theo en mij. In de zomer daarop ging Theo met zijn zus op reis naar Frankrijk en ik ging mee voor de verzorging. Daar heb ik hem gezegd dat ik hem graag zag. Theo was voor mij een bijzonder iemand en ik vond het ook een mooie jongen, bekent Noëlla. Theo was 22, ik zes jaar ouder.
Ik heb er lang over nagedacht en me afgevraagd of het geen compassie was. Maar dat was het niet. Toen we terug thuis waren, hebben Theo en ik een lange wandeling gemaakt en aan het Tuimelaarskapelleke hebben we ‘ja’ tegen elkaar gezegd.
Het was in ’t Goeiende een donderslag bij heldere hemel toen Theo tegen zijn ouders zei dat we gingen trouwen.

Dat moet voor hen niet gemakkelijk geweest zijn, zegt Noëlla nu, maar toen besefte ik dat niet ten volle. Zij hadden die slag van het ongeval moeten verwerken, zij hadden jaren voor Theo gezorgd en dat alles viel nu weg. Alles is toen vrij snel gegaan. In november 1981 zijn we voor de wet getrouwd. Dat is hier thuis gebeurd, want in het gemeentehuis was er toen nog geen lift. Schepen Marcel De Waele heeft ons getrouwd en dat was al bij al heel plezant, hier thuis. In januari ’82 zijn we dan voor de kerk getrouwd in Hamme-Sint-Anna want daar heb ik heel mijn jeugd gewoond.
In de Kloosterstraat vonden we een huis naast de toenmalige dancing ‘Club 25’. Daar hebben we een vijftal jaren gewoond en toen mijn moeder stierf in 1987, vroeg mijn vader ons om bij hem te komen wonen in Hamme-Sint-Anna. We hebben toen het huis gekocht en serieus verbouwd zodat we de ruimte hadden die we nodig hadden, een atelier voor Theo inbegrepen. Tot in 2005 hebben we daar gewoond. Dat jaar stierf de vader van Theo en hebben we het huis in Hamme verkocht om hier in het Goeiende te komen wonen. Hier was er meer ruimte en commercieel hadden we meer mogelijkheden om bijvoorbeeld een expositieruimte in te richten. We hebben toen het elementairste gerenoveerd en even voor Kerstmis 2005 zijn we hier ingetrokken.
  Theo en Noella op hun trouwfeest
triptiek 1   Triptiek 2   Triptiek 3

Draad van Ariadne. Triptiek, 1996

Leven en overleven

   

Het ongeval van Theo was geen arbeidsongeval en het was niet gedekt door een verzekering. Dat maakte dat hij geen recht had op een overlevingsinkomen en enkel het bestaansminimum kreeg en dat was echt niet om over naar huis te schrijven, bekent Noëlla. Toen we trouwden, ben ik thuis gebleven om Theo te verzorgen en te helpen als dat nodig was. Dat maakte het er allemaal niet makkelijk op. Pas in 2006 heeft Theo een officieel statuut gekregen.

  Van paperassen, reglementen, wetten en zo, daar kan ik een boek van schrijven, gaat Noëlla verder. Toen Theo in 1985 een grote tentoonstelling had in het gemeentehuis, bleek dat hij een BTW-nummer moest hebben, wilde hij werken kunnen verkopen. En dat heeft heel wat voeten in de aarde gehad voor dat in orde kwam. Een mindervalide met een BTW-nummer? Hadden ze nog nooit gehoord. Het was een ware lijdensweg, Kafka in het kwadraat, onvoorstelbaar!
Landschap   Landschap met wolken   Landschap heide

Gelukkig leefden we heel sober en waren we met weinig tevreden. En Theo schilderde iedere dag. Door zijn werk hebben we vele mensen leren kennen. Mensen die opkeken naar Theo en zo groeiden daaruit heel mooie vriendschappen met mensen die op dezelfde golflengte zaten. Eén koppel uit Waasmunster was voor ons heel bijzonder. Ze waren weg van het werk van Theo en hebben thuis prachtige schilderijen hangen. Zij waren voor ons mecenassen die als we het financieel moeilijk hadden, ons echt steunden. Ik mag hun naam niet vernoemen, maar ik ben hen oneindig dankbaar voor alles wat ze voor ons gedaan hebben.
Het centrum in Hoensbroeck heeft ter gelegenheid van een jubileum een werk van Theo aangekocht

  Met dat geld hebben we toen een computer gekocht. Dat was voor Theo een godsgeschenk. Hij dokterde uit hoe hij met een stok de computer bedienen kon en zo ontdekte hij de onbeperkte mogelijkheden van het internet. Hij was heel inventief in het ontwerpen van alles en nog wat. Enerzijds zocht hij middelen hoe hij ondanks zijn handicap toch bepaalde dingen kon doen en anderzijds tekende hij met de computer alles wat nodig was voor de verbouwing en de renovatie van ons huis. Meer dan acht jaar hebben we verbouwd. Het atelier en de expositieruimte hadden prioriteit en pas later is onze leefruimte opgeknapt en kreeg onze tuin vorm. Ondanks alles was Theo erg gedreven. Doorgaan, niet opgeven, dat typeerde hem ten volle.

Afscheid

   

Theo is altijd blijven schilderen, iedere dag, maar het werd er niet makkelijker op. Ik merkte dat aan heel kleine dingen, zegt Noëlla. Je kunt je dat niet voorstellen wat het is als je een hele dag in dezelfde houding moet zitten, als je je niet kan verzetten. Dat vraagt heel veel van je lichaam. Theo was geen klager en ik, ik probeerde hem zo goed mogelijk te verzorgen. Iedere nacht bijvoorbeeld stond ik om de drie uur op om hem om te draaien. Maar ik heb dat graag gedaan, zegt Noëlla.
Theo kon ook echt genieten. Genieten van lekker eten, van een goed glas wijn, van een deugddoende babbel met vrienden… Theo was een onderhoudende verteller en hij kon af en toe heel grappig uit de hoek komen.

 

Hij was wel realist genoeg om te weten dat hij geen 85 zou worden en regelmatig bracht hij zijn angst voor de dood ter sprake. Ik heb hem altijd gerustgesteld, vertelt Noëlla, en hem beloofd dat ik zolang ik kon, voor hem zou zorgen. Dat gaf hem een zekere rust.

Op 11 november 2014 was hij ’s avonds erg moe en om acht uur wilde hij al naar bed. Verschillende keren vroeg hij me om hem te draaien. Op een bepaald ogenblik moet ik ingedommeld zijn en toen ik wakker werd, was het muisstil. Theo was er niet meer. Ik stond aan de grond genageld. Dat was voor mij een grote slag. We hadden samen nog zoveel plannen gesmeed… Noëlla’s ogen worden vochtig, als ze het vertelt.

  Theo aan het schilderen met het penseel in zijn mond   schilderij  

Theo met Andree Bogaert

 

Kunstenaar
Theo schilderde al toen ik hem leerde kennen, zegt Noëlla. Zijn ouders waren daar erg fier op en glunderden telkens hij een werk verkocht. Achteraf beschouwd heeft dat ongeval heeft zijn leven bepaald, maar gelukkig heeft hij de juiste mensen op het juiste ogenblik ontmoet. En dat was dat ongelooflijke team uit Hoensbroeck. Zij deden Theo nadenken over de richting die hij uit wou. Een keuze die hij zelf heeft gemaakt: schilderen, kunst...

Toen we trouwden, stond Theo technisch nog niet zo ver. Hij heeft aan de academie van Sint-Niklaas modeltekenen gevolgd, maakte zelf studies van Rubens en Rembrandt, volgde twee jaar kunstgeschiedenis bij Jean-Pierre De Bruyn en ook kreeg hij drie jaar privéles van André Bogaert. André leerde hem veel technieken, maar hij had ook een uitgebreide bibliotheek met kunstboeken en door hem kwam Theo in aanraking met hedendaagse kunst en kunstenaars.

Die drie jaren bij André waren gouden jaren voor Theo, herinnert Noëlla zich. Eigenlijk was Theo een echte autodidact en heel zijn leven is hij verder geëvolueerd. Schilders als Octave Landuyt, David Hockney, Vic Gentils en Leon Spillaert hebben hem zeker beïnvloed.

Theo had een heel grote zelfdiscipline. Iedere voormiddag schilderde hij een uur of twee en nog drie uur in de namiddag. In den beginne waren zijn penselen kort, maar op de duur keek hij zich scheel op zijn schilderij. Later werden de penselen een stuk langer en was het voor hem makkelijker. Doeken opspannen en prepareren deed ik, zegt Noëlla, en ook de verf uit de tubes knijpen kon hij niet, maar voor de rest trok hij zo veel mogelijk zijn plan. Hij had altijd de huistelefoon binnen zijn bereik zodat hij me altijd kon bellen als hij iets nodig had. Maar dat gebeurde zelden. Hij deed zoveel mogelijk zelf. Zelfs om zijn penselen zelf uit te wassen, had hij iets bedacht.

Theo met André Bogaert die hem privéles gaf.

buurvrouw   Amundsen   zelfportret
Buurvrouw
 
Amundsen
 
Zelfportret

Doorheen de jaren kreeg hij een dikke nek en dan bedoel ik het niet figuurlijk, maar letterlijk, lacht Noëlla. Die nekspieren waren erg goed ontwikkeld omdat hij die constant gebruikte. Ook zijn gebit was ijzersterk. Door de manier waarop hij schilderde, lag zijn tempo zeker lager. Maar door het feit dat hij zo bedachtzaam schilderde, had hij ook weinig mislukkingen. Dat betekent niet dat hij over ieder werk even tevreden was, voegt Noëlla er aan toe.
We hebben veel samen gedaan, gaat Noëlla verder. Regelmatig trokken we er op uit om bijvoorbeeld te gaan schetsen in de vrije natuur. Een bijzonder project was dat van de Boelwerf in Temse. Meerdere keren hebben we de site van de oude scheepswerf bezocht. Theo maakte schetsen en samen namen we honderden foto’s. Bepaalde beelden heeft Theo dan later ‘vertaald’ in 19 prachtige schilderijen die zo de verdwenen scheepswerf een nieuw leven gaven

 

Dat resulteerde uiteindelijk in een grote tentoonstelling en een boek ‘De Boelwerf IN/UIT het BEELD’.

Het werk van Theo is heel verscheiden. Hij kon erg goed mensen portretteren, schilderde veel landschappen (omdat die goed in de markt lagen), maar waagde zich ook aan abstracte werken.

En dan had je ook nog wat ik noem de zielswerken. Werken van een heel hoog niveau, vindt Noëlla. Schilderijen waarin Theo zijn diepste ziel blootlegde. Schilderijen waarop hij kwijt kon wat hij had meegemaakt, beleefd had en die een stempel op zijn ziel drukten. Dat zijn de werken waar ik het meest van hou, zegt Noëlla, en die verkoop ik niet. Die werken zijn Theo en als ik die zou wegdoen, verdwijnt ook hij en dat wil ik hoegenaamd niet.

hangar van de boelwerf   winch   weerspiegeling van een glazen dak

Theo en Noowella

 

Voor een dag van morgen

Hoe kijk je op alles terug, vraag ik haar tot slot. Moest ik het mogen herdoen, ik zou dezelfde keuze maken, antwoordt ze resoluut.

Ik ben super gelukkig geweest met Theo, dat was echt een heel bijzondere man: optimistisch, gedreven, volhardend, ‘geestig’… We hebben een ‘rijk’ leven gehad en schone vriendschappen opgebouwd.

Wij hebben een heel bijzonder huwelijk gehad, ook al vonden sommigen dat niet ‘normaal’. Ik heb dat nooit zo ervaren. We deden alles samen, niet omdat het moest, maar omdat we het graag deden. Onze liefde was heel intens, onvoorwaardelijk… er zijn geen woorden voor.
Ondanks de leegte ben ik content, heel nijg content!
Zijn stoel staat er nog…

Onze babbel zit erop.
Noëlla en ik sprokkelen nog wat foto’s voor bij de tekst en dan zie ik zijn doodsprentje.
Een schilderij van Theo met daarbij dat schone gedicht van Hans Andreus ‘Voor een dag van morgen’
dat eindigt met…

  schilderij zee  

 

 

 

Maar vertel het aan geen mens,
ze zouden je niet geloven.
Ze zouden het niet willen geloven dat
alleen maar een man,
alleen maar een vrouw
dat een mens een mens zo liefhad 
zo lief had, als ik jou.

Theo met een strohoed

Bedankt, Noëlla, voor jouw hartverwarmend verhaal!

Mark De Block
26-IX-2016

Mensen of groepen die graag het atelier van Theo Pensaert een bezoekje brengen, zijn altijd welkom!
Graag een afspraak maken via
: noella.decaluwe@telenet.be

 

Penselen

 

 

 

 

Sporen

in het atelier van Theo
valt mijn oog op zijn penselen
beukenhouten stokken
bijna een meter lang
met daar de penselen aan geplakt
aan het andere eind zie ik
de Sporen van zijn tanden in het hout

Sporen van uren en dagen concentratie
om wat in zijn geest huisde
te vertalen op het witte doek
met verf en kleuren

Sporen van doorbijten
van niet opgeven.

Sporen van geduld
en vooral van discipline

Sporen van een man
die ondanks alles
zijn talent uit zijn diepste diep bovenhaalde
en gebeten schilderde

Sporen van een man
die kunst met een grote K borstelde
en zo een Spoor achterliet

mark


© Mark De Block

Thuiskomen